Door: Geerts & Partners
Medewerkers die lekker in hun vel zitten, zijn de motor van een gezonde organisatie. Zit iemand niet goed op z’n plek, dan wil je daar als leidinggevende wat aan doen. Als werknemer is het tegelijkertijd je eigen verantwoordelijkheid om aan te kaarten als het even niet goed met je gaat. Een fijne werksfeer maakt de drempel naar zo’n gesprek lager. Daar dragen beide partijen aan bij.
Signalen oppikken
Vanuit goed werkgeverschap wil je dat het personeel iedere dag met plezier aan het werk gaat, dat er een goede sfeer op de werkvloer heerst en dat het goed zit met de werk-privébalans. Dit gaat hand in hand met hoe werknemers zich voelen. Of ze wel of niet goed in hun vel zitten. Niet iedere collega is daar even open over. Wees daarom alert op bepaalde signalen die erop wijzen dat het niet goed gaat met iemand.
Krijg je bijvoorbeeld vanuit HR door dat die ene medewerker al twee jaar geen vakantiedagen heeft opgenomen? Stuurt een collega vaak in de avonduren of weekenden nog mails? Of is er een collega die altijd nét te laat is met deadlines? Schaar het niet onder hard werken of werk laten versloffen. Vraag je af of deze mensen wel goed voor zichzelf zorgen en of het goed met ze gaat.
Wees open over flexibele oplossingen nog voordat er een probleem gemeld is. Zie je dat die ene collega – alleenstaande moeder van drie – zich iedere ochtend in allerlei bochten wringt om op tijd in de (online) vergadering te zijn? Geef dan aan dat ze haar uren best anders mag indelen. Of plan die teamsmeeting wat later op de dag. Zo zorg je voor een open werksfeer waarin zij het makkelijker aangeeft als ze hulp nodig heeft.
Een fijn werkklimaat
Iedereen in de organisatie is gebaat bij een fijne werkomgeving. Als leidinggevende kun je een fijn werkklimaat op verschillende manieren faciliteren. Teambuildingsactiviteiten doen wonderen voor het groepsgevoel en de onderlinge band tussen collega’s. Wanneer een werknemer zich niet fijn voelt en de band met collega’s is goed, kan hij die eerst in vertrouwen nemen.
Zorg dat er een vertrouwenspersoon beschikbaar is. Bij hem of haar kunnen werknemers hun zorgen of gevoel delen zonder dat daar direct consequenties aan verbonden zijn. Dat kan ook in de vorm van externe coaches. Zolang er maar een onafhankelijke partij is die de zorgen kan aanhoren.
In een fijne werksfeer is een goed gesprek makkelijker gevoerd. Is het antwoord op de vraag ‘hoe gaat het met je?’, ‘goed, druk’. Prik dan nog even door. Haal het voorbeeld aan van de opgebouwde vakantiedagen. Vraag door tot je echt weet hoe het met diegene gaat en neem geen genoegen met een half antwoord.
Geef het goede voorbeeld
Vind jij het heel normaal om zaterdagavond om acht uur nog een mail te sturen? Dan creëer je misschien het idee dat de ontvanger direct moet reageren. Als je niet wilt dat werknemers weekenden en avonden overuren draaien, moet je op die momenten ook niets van ze vragen. Pas je eigen gedrag aan op wat je verwacht van collega’s.
